Menu
Ontdek het doel van je leven en maak jezelf gelukkig.
Schenk jezelf een enthousiast en vreugdevol verblijf op aarde.


+32 (0)497 87 44 24 — ineke@enthousiasme.info

← Terug naar overzicht

Ongewenst gedrag: hoe reageren?

Mijn kind is stout...

Hoe vaak hoor ik niet in mijn praktijk : mijn kind is stout, mijn kind is onhandelbaar, mijn kind is…

Het kind in kwestie zit vaak geplet tussen zijn imposante ouders, en hoort een heleboel oordelen op hem neerdalen. Hoe meer oordelen, hoe kleiner het zich maakt. Het krimpt als een garnaal ineen. Het zoekt met zijn angstige ogen mijn blik, in de hoop dat toch iemand, een volwassene, het kind zou kunnen zien zoals het echt is.

Hoe kan een kind, met ouders die dergelijke beelden over hem in de buitenwereld ventileren, zich groot en sterk voelen? Hoe kan een kind, dat als lui en stout bestempeld wordt, zelfvertrouwen kweken? Waarom zou het nog zijn best doen? Zijn ouders hebben het al bestempeld als ‘slecht’, als ‘verkeerd’, als ‘de oorzaak van hun problemen’. Het kind gaat gebukt onder die etikettering. Het weegt als een zware last op zijn schouders. Hoe zou je zelf zijn: als iemand je stigmatiseert als ‘lui’ en alleen maar opmerkt als je niets doet, en niet eens ziet dat je je best doet, dan geef je het toch op na een tijdje? Je kan er evengoed mee stoppen te proberen tonen wat je waard bent, en plezier doen aan die twee ouders door hen te tonen wat ze al van je denken.

Om te vermijden dat het kind voor mijn ogen ineenschrompelt onder de lawine van verwijten die zijn ouders over hem uitstrooien, vraag ik aan de ouders om eerst de positieve eigenschappen van hun kind op te noemen. Waar zijn jullie fier op bij je kind? Waar zijn jullie blij mee? Meestal ontlokt die vraag een diepe zucht en een aanblik van ongeloof, zo van: daar zijn wij niet voor gekomen! Vaak moeten ouders even zoeken voor ze iets vinden. Ze zijn zo gewend geraakt om hun kind in een negatief daglicht te zien, dat, als ik hen vraag waar ze blij mee zijn, ze even naar adem moeten happen en sprakeloos zijn. Ze zitten duidelijk met die vraag verveeld.

Maar ik wacht wel. Omdat ze niet willen afgaan als een gieter, doen ze hun best om een paar positieve eigenschappen van hun kind te vinden. De ouders die duidelijk nog goede dingen denken over hun kind en die met gemak en liefde kunnen opnoemen, doen hun kind eer aan. Ik kan het een centimeter zien groeien bij elke positieve eigenschap die de ouders van hem opnoemen. Dit is heel belangrijk, want het betekent dat de ouders nog het onderscheid kunnen maken tussen wie hun kind is, en zijn probleemgedrag. Ze hebben zijn gedrag niet verwisseld met zijn “zijn”. Hun kind is nog altijd geliefd en gewaardeerd, het vertoont alleen een storend gedrag, maar dat doet niets af aan de liefde die ze voor hem voelen. De ouders zijn hier nog in staat het probleemgedrag los te zien van de aard van het kind.

Anders is het gesteld met ouders die niets positief vinden, of die bij elke positieve noot vervallen in opmerkingen als: “was hij maar vaker zo”, of “op school kan hij dat blijkbaar wel, maar thuis zien we daar niet veel van”, of “het is van horen zeggen, schijnbaar is hij elders wel in staat beleefd te zijn!”. Kinderen die zulke opmerkingen te horen krijgen voelen zich vaak gereduceerd tot een hoopje ellende. Hier is meer werk aan de winkel. Vooral bij de ouders.

Het is heel belangrijk een duidelijk onderscheid te maken tussen wie het kind is, en zijn gedrag. Zeg nooit tegen een kind: “je bent stout”. En nog minder: “mama houdt niet van jou als je zus of zo doet.”

Verwissel gedrag niet met zijn, en verwissel liefde niet met opvoeden. Jouw liefde voor je kind zou onvoorwaardelijk moeten zijn. Al de rest is voorwaardelijk, maar je liefde niet.

Nu dit duidelijk is, keren we even terug naar het gedrag. Als een kind een beker melk laat vallen, is het daarom nog geen stout kind. Het heeft een beker melk laten vallen. Punt. Daar is niets ergs aan. Laat jij nooit iets vallen? Ik heb mijn kinderen geleerd, van zodra ze de mogelijkheid hadden, om hetgeen ze morsten zelf op te ruimen. Ik leerde hen schoonmaken, stofzuigen, opruimen. Als ze iets vuil maakten, dan moesten ze het zelf opruimen. Lieten ze iets vallen en het was gebroken, idem. Ik werd er niet boos om, maar ze moesten het wel zelf opruimen, met vuilblik of stofzuiger of dweil.

Het heeft geen zin en is onjuist om kwaad te worden op je kind omdat het iets breekt. Laat jij nooit eens iets vallen? Breek jij nooit meer een glas als je afwast of de vaat afruimt? Ben je daarom een nietsnut, een slechterik? Neen toch! Het feit dat je af en toe een glas breekt, verandert niets aan je eigenwaarde. Voor jouw kinderen geldt hetzelfde. Ze verdienen het niet uitgescholden te worden voor nietsnut of slechterik als ze iets breken. Leer hen de gevolgen van hun gedrag opruimen. Maar maak niet van elk akkefietje een morele les.

Ze weten heus wel dat ze voorzichtig met spullen moeten omspringen. Tenminste als jij dat ook doet. Iets breken maakt hen niet slecht. Iets laten vallen ook niet. Morsen ook niet. Een slecht rapport maakt van hen geen luiaards. Het zijn gedragingen, en die zeggen niets over hun intrinsieke waarde. Je moet de twee goed uiteen houden. Anders kweek je kinderen die bang zijn iets te laten vallen, naar huis te komen met een slecht rapport of iets te breken. Misschien denken ze zelfs dat het beter is te liegen, om op die manier te ontkomen aan de morele zedenpreek van hun ouders.

Hoe zou je zelf reageren als je elke keer dat je iets niet goed doet, een hele rimram oordelen over je heen gestort krijgt? Als je telkens uitgescholden wordt als je een glas breekt, ga je, om de scheldpartij te ontlopen, zeggen dat jij het niet was. Oef, je bent er aan ontkomen. Je bent beginnen liegen. Liegen zorgt ervoor dat je het lawineoordeel niet hoeft te ondergaan. Kinderen die niet in hun waarde worden aangetast als ze iets uitspoken, hoeven ook niet te liegen.

Leer je kinderen gewoon de gevolgen te dragen van wat ze doen. Hebben ze iets gebroken? Ze lijmen het, vegen het op, kopen een nieuw stuk, om het even. Hebben ze iets laten vallen? Ze ruimen het op. Maakten ze iets vrijwillig kapot? Ze betalen een nieuw stuk. Brengen ze vrienden mee naar huis voor een nachtje slapen? Ze ruimen hun etensresten op na de maaltijd, zorgen ervoor dat alle gebruikte matrassen weer op hun plaats liggen en de lakens gewassen worden. Moet er een van hun vrienden braken op hun tapijt in de kamer? Ze maken het schoon. Ze doen dat allemaal zelf. Je hoeft het zeker niet in hun plaats te doen. Het is een kwestie van duidelijke afspraken.

Om nu terug te komen op het verschrompelde garnaaltje dat nog steeds geplet zit tussen zijn ouders in mijn spreekkamer… nadat de ouders hun best hebben gedaan om zoveel mogelijk lovende woorden over hun kind uit te spreken (ik blijf doorvragen: en wat nog meer? Waar ben je nog meer fier op bij je zoon of dochter?), mogen ze het natuurlijk hebben over wat hen zorgen baart. Ik vraag dan welk gedrag ze bij hun kind graag anders zouden zien. Het gaat duidelijk om een gedrag van het kind, en niet om zijn waarde. Zo is het kader duidelijk bepaald waarin de gedragsverandering kan plaatsvinden.

Heel vaak (meestal) gaat het om ongewild verkeerde reacties van de ouders op het ongewenste gedrag van hun kind. Zonder het te merken reageren wij veel feller op negatief gedrag dan op positief. Als onze kinderen rustig en gezellig zitten spelen, dan ‘profiteren’ wij ervan om snel-snel te bellen naar een vriendin, de was in de kast te leggen, de aardappelen te schillen of met manlief bij te praten. We kijken niet naar onze kinderen als ze stil en braaf zijn. Maar van zodra we geschreeuw horen, dan laten we alles vallen, we springen recht, en met heftige emoties gaan we op onze kinderen af om te zien wat er gebeurt en om tussen te komen.

Welke boodschap geven we dan aan onze kinderen? “Als je braaf bent interesseer je me niet, maar als je een stommiteit uithaalt dan kom ik onmiddellijk aangestoven”. We geven hen letterlijk dit mee: “als je mijn aandacht nodig hebt, dan hoef je maar te schreeuwen of je broertje pijn te doen, of je huiswerk niet te maken, of je soep weigeren te eten, of ’s morgens te treuzelen als we gehaast zijn. Aan alles wat je doet zoals het hoort geef ik geen moer aandacht, maar van zodra je iets doet dat op mijn zenuwen werkt, krijg je al mijn emoties en een complete zedenpreek over je uitgestort.”

Al die ongewenste gedragingen van onze kinderen wekken bij ons enorm veel adrenaline op. We maken ons zenuwachtig, roepen, reclameren en herhalen eindeloos veel keren dezelfde preek. Denk je nu echt dat je kinderen doof en stom zijn? Als je hen iets twee keren hebt uitgelegd, weten ze het heus wel. Als je iets al 200 keren herhaald hebt, dan is dat 198 keren teveel. Die 198 keren luisteren je kinderen echt niet. Ze kennen de litanie vanbuiten. Ze stoppen hun oren dicht. Ze weten wat je gaat zeggen en hoe lang het gaat duren. Ze kennen jou goed. Je staat je daar moe (en belachelijk) te maken voor niets. Zij worden er niet moe van, jij wel. En wat je niet beseft op dat moment, is dat je heel veel aandacht geeft aan hun ongewenst gedrag.

Nu moet je weten dat het een universele wet is dat alles waar je aandacht aan geeft, vermeerdert. Dus hoe meer je de nadruk legt op het onaanvaardbare gedrag van je kinderen, hoe meer dat je het aanzwengelt. Als je je er druk om maakt, als je nog eens 20 keren herhaalt wat ze zouden moeten doen en waarom, als je ’s avonds tegen je man nog eens met veel vuur en verve vertelt wat ze jou weeral aangedaan hebben, dan geef je, zonder dat je het in de mot hebt, heel veel aandacht voor het gedrag waarvan je in feite niet wenst dat het zich herhaalt.

Stel je eens de vraag: hoeveel aandacht geef je aan gewenst gedrag? Als je kinderen braaf met elkaar zitten spelen, laat jij dan ook alles vallen waar je mee bezig bent om met vuur en vlam de kamer binnen te stormen en hen een dikke knuffel te geven? Als ze rustig een boek zitten lezen, aai je hen dan over hun bolletje? Als ze hun huiswerk zitten maken, zeg je hen dat hoe fier je bent? Als ze lief tegen je praten, zeg je dan hoe blij je bent hun mama of papa te zijn?

Waarschijnlijk niet. Want als ze braaf doen, dan vind je dat maar gewoon. Maar als ze stout doen, dan schiet je in je emoties en zeg je – letterlijk – aan je kinderen: “nu weet je wat je moet doen als je mijn aandacht wil, je krijgt ze niet als je braaf doet maar je krijgt er een heel pak van als je iets doet dat ik niet goed vind.”
Dus je conditioneert je kinderen om steeds weer het ongewenste gedrag te herhalen. Iedereen herhaalt het gedrag waarmee hij of zij het meeste effect oogst.

Jouw kinderen zijn heus niet stout. Ze hebben alleen geleerd dat ze met sommige gedragingen geen enkel effect sorteren, en met andere gedragingen heel veel reacties teweegbrengen. Ze constateren niet alleen dat hun moeder en vader veel feller reageren op hen als ze iets ‘stouts’ doen, maar ze merken ook dat ze het onderwerp van gesprek zijn op familiefeestjes, tijdens telefoongesprekken met vriendinnen en op het spreekuurtje bij de dokter, de leerkracht en de psycholoog. Waarom zou een kind van al die aandacht afzien, terwijl het weet dat het, als het braaf is, geen aandacht krijgt? Zeg nu zelf!

Het is een natuurwet dat we steeds herhalen waar we aandacht voor krijgen. Wil jij je kinderen ‘braaf’ gedrag aanleren? Reageer dan daarop! Negeer hun negatief en ongewenst gedrag zoveel je kan. Geef in de plaats zoveel mogelijk lof en waardering voor hun gewenst gedrag.

Concreet: als ze ruzie maken, reageer niet. Tenzij het op je zenuwen werkt. Dan ga je de kamer in, en zonder hen in de ogen te kijken (dat is al aandacht geven) en zonder te vragen wie begonnen is en wat ze aan het doen zijn (dat is veel te veel aandacht geven), stuur je ze elk hun kamer in. Of je neemt, zonder te kijken, het speelgoed af waarover ze ruzie maken, zonder uit te pluizen wie wat deed. Als je kinderen nog klein zijn, en nog niet op de kast kunnen kruipen, leg je het speelgoed gewoon boven op de kast. Zijn ze al wat groter, dan ga je de kamer uit met het speelgoed. Gaat het om een computer of een televisie, dan trek je gewoon de stekker uit. En je zegt hen dat je hen het speelgoed teruggeeft of de computer en televisie weer aan zet van zodra ze in staat zijn er rustig mee om te gaan of een manier te vinden – zelf – om bijvoorbeeld elk op zijn beurt op de computer of met het speelgoed te spelen. Laat je kinderen het zelf uitzoeken. Kom niet met oplossingen aandraven want zo ontneem je hen de kans te leren onderhandelen, compromissen te sluiten met elkaar, hun beurt af te wachten, en je riskeert dat je de ene gaat voortrekken boven de andere. Laat hen het zelf uitvissen en uitdokteren. Wat iemand zelf doet is altijd veel beter dan wat een ander voor hem doet.

In andere artikels ga ik nog verder in op dit onderwerp. Hoe kan je reageren als het gedrag van je kinderen de spuigaten uitloopt en je het niet kan negeren? Waarom doen kinderen dat? Waarom gedragen ze zich zo onhandelbaar? Hoe kan je het beste daar mee omgaan? Kijk uit naar de volgende mails!

Geschreven door Ineke Van Lint, psychologe en moeder van vier tieners.

Je kan hier meer over lezen in het boek 'Choco en Mayonaise', dat alle onderwerpen van opvoeding behandelt (niet kunnen slapen, zakgeld, huiswerk, ruzies, aandacht trekken, opvoeden zonder je moe te maken, grenzen stellen, enz.)

Wil je graag een persoonlijke begeleiding om opnieuw harmonie te creëren bij jou thuis? Ik stel jou twee trajecten voor waaruit je kunt kiezen.Tijdens dit traject gaan we samen jouw specifieke situatie bekijken, en zal ik jou een op maat gemaakte oplossing voorstellen om meteen uit je impasse te geraken en ervoor te zorgen dat je kinderen naar je luisteren en je respecteren, eindelijk! Je zult weer snel meester worden van de situatie en wanhoop zal plaats maken voor plezier en genieten met je kinderen. Meer info? Klik op onderstaande knop:

TRAJECT OPVOEDING

← Terug naar overzicht


Ik wil je heel graag bedanken voor wat je ook allemaal schrijft in je artikels en blogs. Ik heb er zoveel aan. Krijg er zoveel inzichten van. Ik bestudeer het echt, besteed er veel tijd aan, maak aantekeningen, laat het tot me doordringen en pas het toe. Dank je wel! - Joke
Bedankt voor het inzicht dat je zelf overtuigd moet zijn dat je een "volledige" partner verdient. Ik ben net verlaten, na heel veel jaren huwelijk, en veel opofferingen, door een man die mij als zijn minnares beschouwde binnen zijn huwelijk. Al mijn vriendinnen waren me altijd maar aan het benijden (cadeautjes, reizen, zijn "prinses" in publiek overladen met complimentjes ...) maar er is niets benijdenswaardig aan als je partner die rol pertinent weigert en je daarna telkens probeert te paaien met materiële zaken. Met andere woorden : hij was er nooit wanneer ik hem nodig had ... Dankzij die paar zinnetjes op je website weet ik het nu zeker : het gaat hier over MIJ en over de manier waarin ik zélf in het leven sta ! - V.
Dank je wel voor jouw artikels. Ik snap t helemaal! Fijn dat jij het gevoel dat ik zo goed ken en mee worstel woorden hebt gegeven. - Tineke
Gratis e-boek over enthousiasme

Vul je naam en e-mail in en het is meteen van jou!
Schrijf in!